Wie mocht denken dat Greta Thunberg de enige jongere is die voortdurend op de trom roffelt om aandacht voor het klimaat te vragen, weet na lezing van De toekomst is van ons wel beter. Thunberg haalt waarschijnlijk het vaakst de TV en de kranten, maar ze had 26 jaar voordat ze haar eerste toespraak hield op de klimaattop van de VN in Katowice al een voorgangster in de twaalfjarige Severn Cullis-Suzuki. Zij is een Canadese die in 1992 de VN in Rio de Janeiro vijf minuten mocht toespreken. Twaalf was ze toen. Intussen is ze een veertiger en heeft ze zelf kinderen. Ze stelt vast dat haar vijf minuten van toen niet door de politici begrepen zijn en dat de tijd om problemen vóór te zijn op is. Het klimaat verkeert nu in een crisis. Toch blijft Cullis-Suzuki hoop houden. Die put ze vooral uit het grote aantal jongeren dat actievoert.
De Belgische – in Amsterdam wonende – journalist Samuel Hanegreefs beschrijft tientallen voorbeelden van jongeren die zich druk maken om de toekomst van de aarde en ons leven bij een alsmaar opwarmend klimaat. Dat maakt De toekomst is van ons inderdaad tot een hoopvol boek, ondanks alle ellende en frustraties waar de beschreven jongeren tegenaan lopen.
De jongeren in Hanegreefs overzicht lopen in leeftijd uiteen van twaalf tot laat twintig. Een enkeling die zijn stem verheft is zelfs nog kind: de zusjes Amy en Eli Beek uit Groot-Brittannië startten hun eerste protestactie toen ze zes en acht jaar waren. Gevestigde namen als Extinction Rebellion, Milieudefensie en Urgenda vallen af en toe, maar dat gebeurt alleen in toelichtende kaders waarin de gevalsbeschrijvingen van de jongeren in een breder verband worden gezet. Volwassen activisten zoals Marjan Minnesma van Urgenda en Johan Vollenbroek van MOB (Mobilisation for the Environment) vallen dan ook buiten het bestek van het boek.
Oneerlijk
De toekomst is van ons bestaat vooral uit tekst. De illustraties van Gert-Jan Oosting ondersteunen die slechts waar nodig. Het boek bestaat uit vier delen. Het eerste beschrijft de gevolgen van de klimaatverandering zoals die zich op verschillende plekken in de wereld voordoen: overstromingen, bosbranden, droogte enzovoort. Het tweede deel staat stil bij de oorzaken, zoals de uitstoot van CO2 en het gebruik van fossiele brandstoffen. Het volgende schetst het toekomstbeeld als we niet ingrijpen, maar laat ook zien hoe oneerlijk de schade wordt verdeeld met de rijke landen als de grootste vervuilers en de armste als de grootste slachtoffers. In het vierde en laatste deel beschrijft Hanegreefs bestaande politieke en juridische acties en wat de lezers zelf kunnen doen om hun ecologische voetafdruk zo klein mogelijk te houden.
Bijna alle hoofdstukken in het boek beginnen met een casuïstiek van een jonge activist. In beige, blauwe en groene kaders worden begrippen uitgelegd en valt te lezen wat de achtergronden zijn, en of en hoe acties een vervolg hebben gekregen. In het hoofdstuk over de jonge wetenschapper Charles Keeling bijvoorbeeld staat het verhaal van zijn metingen met een door hem zelf ontwikkeld apparaat op de slapende vulkaan Mauna Loa in Hawaï in 1958, die bewezen dat het CO2-gehalte in twee jaar tijd fors steeg. In de kaders eromheen wordt uitgelegd wat CO2 is en wat er met de vindingen van Keeling later is gebeurd.
Soja
Dat de illustraties ondersteunend zijn spreekt duidelijk in het hoofdstuk over de boerderij Bom Futuro in Brazilië. Het is een gebied zo groot als Limburg in het Amazonegebied, waar alle bomen gekapt zijn om sojabonen te kunnen kweken. Die zijn nodig als veevoer om de wereld van vlees te voorzien. De tekening die er bij staat maakt op een bijna schokkende manier duidelijk wat de effecten op het milieu zijn van de productie van rundvlees en kaas. Die stoot tientallen malen meer CO2 uit dan de teelt van appels of erwten.
De jonge activisten die in De toekomst is van ons een plek hebben gekregen komen uit de hele wereld: de Filippijnse Marinel Ubaldo begon ermee toen ze als 16-jarige haar dorp zag verdwijnen door een tyfoon. Yusuf Baluch uit Pakistan ging vanaf zijn 18de de straat op omdat hij zijn kwetsbare land zag lijden onder rijke staten in Europa en Amerika die zich niets van problemen lijken aan te trekken. Ridhima Pandy uit India startte als 14-jarige een rechtszaak tegen haar eigen overheid – ze verloor hem, maar raakte er des te gemotiveerder door. De Brit Todd Smith verwezenlijkte op zijn 25ste zijn grote droom; hij werd piloot, maar toen corona kwam en zijn vliegmaatschappij failliet ging verdiepte hij zich in het klimaat en besloot zijn baan op te geven vanwege de grote schade die vliegen met zich meebrengt.
Dat zelfs racisme de kop op kan steken in klimaatdiscussies bleek in 2020. Het persagentschap AP publiceerde een foto van jonge klimaatactivisten tijdens het World Economic Forum in Davos. Op de foto stonden Greta Thunberg en drie andere meisjes – witte meisjes. Er hoorde nog een meisje bij de activistes, de zwarte Vanessa Nakate uit Oeganda. Maar zij was van de gepubliceerde foto geknipt.
Het zijn maar een paar van de vele voorbeelden die Hanegreefs beschrijft. Allemaal samen maken ze De toekomst is van ons tot een bemoedigend boek. ‘We mogen best optimistisch zijn’ staat dan ook als kop boven het Nawoord.
Om Jong Literair Nederland draaiende te houden, zijn wij afhankelijk van vrijwillige bijdragen. U kunt ons steunen via deze link. Waarvoor onze hartelijke dank!