Toen mijn kleindochter van negen jaar De flat aan het einde van de wereld bij mij op de leestafel zag liggen, merkte zij op dat het einde van de wereld niet bestaat. Ad rem en heel juist. Het geeft aan dat de leeswereld van kinderen en volwassenen van elkaar verschillen. Kinderen zijn nog niet altijd in staat achter de letterlijke tekst te kijken. Schrijven voor kinderen vergt dan ook speciale vaardigheden die zich kenmerken door korte zinnen, een levendige schrijfstijl en vooral avontuurlijk. Daarin munt De flat aan het einde van de wereld uit.
Wat is er nu te zien in een aardappelkelder?
Als Björk hoort dat zij met haar ouders en haar broer Ingó buiten de schoolvakanties om een tijdje gaat logeren bij oma Eiland, is zij in de zevende hemel. Vanzelfsprekend mag haar hondje Kappi mee. Oma Eiland is gevallen en heeft haar bekken gebroken. Zij heeft hulp nodig. Zij is de moeder van Björks vader. Björk heeft veel over haar gehoord, maar haar nog nooit ontmoet. Haar vader is opgegroeid op het eiland, maar heeft het al heel lang geleden verlaten. Waarom hij daar nooit is teruggekeerd, is Björk onduidelijk. Björk maakt zich allerlei voorstellingen van oma: lief, oud, hulpbehoevend, lekkere koekjes, warm welkom. Ook het leven op een eiland spreekt tot de verbeelding en werkt op haar fantasie, ook al is het niet bepaald een bounty-eiland zoals haar puberbroer Ingó liever had gehad. Björk weet dat het er ruig, onherbergzaam en koud is. Björk is een optimistische meid, soms eenkennig, maar ook spontaan, met een open mind en een sterke hang naar avontuur en het onbekende. Als de veerboot heeft aangemeerd en Björk de vaste wal betreedt, wordt zij meteen op de kade wantrouwend bekeken door de kinderen van het eiland. Hun aandacht werd getrokken door de afbeelding en het opschrift op haar t-shirt: Minecraft, een videospel waarvan zij kennelijk nog nooit gehoord hebben. Al snel komt zij tot de ontdekking dat het er vreemd aan toe gaat op het eiland. Het lijkt wel alsof zij in een zwart wit film is terechtgekomen. Alles is armoedig, er blijken geen hotels of restaurants te zijn en alle mensen wonen in één groot flatgebouw. Oma woont op de vierde verdieping, maar er is geen lift. Oma is de huisbewaarder van het eiland. Lange tijd dacht Björk dat zij conciërge was. Dat blijkt echter niet het geval te zijn. De huisbewaarder is een soort dorpshoofd. Oma is ook helemaal niet blij met hun komst en lijkt hun hulp nauwelijks nodig te hebben. Oma is een chagrijnig mens en voldoet totaal niet aan het beeld dat Björk zich gevormd heeft van haar lieve oma. Ook van het idee aan een fijne vakantie lijkt niks terecht te kunnen komen. Er is niets te doen op het eiland. Er is zelfs nauwelijks internetverbinding, ja, alleen op het meest afgelegen puntje is er soms bereik. Daar bouwt haar broer een hutje om te werken aan zijn vlog. Van haar vader en moeder begrijpt Björk niet veel. Haar moeder doet haar uiterste best het oma naar de zin te maken en zich te voegen in de gewoontes van de eilandbewoners. Haar vader zegt eigenlijk niets en laat alles een beetje over zijn kant gaan. Björk wil naar huis. Als haar ouders vertellen dat de laatste boot van het seizoen is vertrokken en dat zij dus gedwongen zijn de rest van het jaar op het eiland te blijven, is Björk ten einde raad, zeker als zij te weten komt dat haar ouders dit al lang wisten, maar het niet durfden te vertellen. Gelukkig heeft Björk al snel één vriendje op het eiland gemaakt, Krummi. Krummi leidt Björk in in het leven van de eilandbewoners. Hij vertelt dat iedereen zich verheugt op het komende oogstfeest en hij vraagt of Björk soms de aardappelkelder wil zien. Aanvankelijk is Björk door dit voorstel met stomheid geslagen. Wat is er nu te zien in een aardappelkelder?
Contrasten
Björk krijgt steeds meer zicht op de armoede van de eilandbewoners. Zij gaat inzien dat de mensen alleen maar kunnen overleven als iedereen zijn steentje bijdraagt aan het welzijn van de gemeenschap en dat haar oma de taak heeft daarop toe te zien. Het contrast met de wereld op het vasteland, waar zij gewend is te leven te midden van alle comfort die de moderne wereld te bieden heeft, is groot. Björk gaat de mensen op het eiland steeds beter begrijpen en wordt er trots op dat haar oma het vertrouwen van de mensen geniet om leiding te geven aan de gemeenschap.
Candide
In De flat aan het einde van de wereld komen belangrijke gevoelens aan de orde, die te maken hebben met vriendschap en achterdocht, vertrouwen en wantrouwen, eerlijkheid en leugenachtigheid. De onbevangenheid van Björk werpt een scherp licht op deze zaken. Het is ook een maatschappijkritisch boek, waarin naast vragen over het milieu en de verdeling van de welvaart onder de mensen, ook vragen aan de orde komen die te maken hebben met vooroordelen ten aanzien van vreemdelingen en stigmatisering. Björk doet sterk denken aan Candide, die, in het gelijknamige verhaal van Voltaire, eveneens de wereld met een naïeve onbevangenheid tegemoet treedt. De flat aan het einde van de wereld past helemaal in onze tijd. Centraal staat het vraagstuk hoe om te gaan met de grenzen aan de groei. Kunnen we een goed leven hebben zonder steeds meer te willen consumeren? Leidt de ongelimiteerde consumptiedrang niet tot een minder sociaal leven en tot grotere eenzaamheid? Dit boek is een absolute aanrader voor kinderen aan het eind van de basisschool en begin voortgezet onderwijs.