Skip to content
Supergroen. Helden en schurken van het voedselbos

Cabaretier tussen brandnetels

Nijmegenaar Thijs Goverde is kinderboekenschrijver, filosoof, cabaretier en beheerder van een voedselbos. Die aspecten van zijn wereld zijn alle terug te vinden in zijn boek Supergroen. Het is een boek met zesentwintig hoofdstukjes tekst over vegetatie die hij in zijn voedselbos ongevraagd tegenkomt of er zelf in plant. Hij vertelt er cabaretesk over, strooiend met grapjes en wendingen die je als lezer bijna steeds op het verkeerde been zetten. Je leest zijn korte zinnetjes alsof je hem in een kleine zaal hoort optreden. Voor kinderen. Want die weet hij vooral mee te krijgen met in zijn kruiwagen al heel wat boeken waarvan de bekendste de Donderkat- en de Meesterdief-serie. Bovendien kom je wat over hem zelf te weten: dat hij twee kinderen heeft, wat de kleur van zijn ogen is en zelfs met hoeveel scepsis zijn ouders hem zagen ploeteren tussen de brandnetels.

Al bij al is Supergroen een aanstekelijk boek over het kweken van eetbare planten in een daarvoor zelf aangelegd bos. Extra leuk is dat Goverde niet alleen louter plantkundige wetenswaardigheden voorschotelt, maar in bijna alle hoofdstukken als startpunt iets neemt dat weinig met planten te maken heeft.

Kritisch
Het verhaal over de paardenbloem begint hij  bijvoorbeeld met de knecht Sancho Panza uit
De vernuftige edelman Don Quichot van La Mancha om daarna de verdiensten van de paardenbloem als meesterknecht in het voedselbos uit te leggen.
Een ander verhaal begint met de veroveringen van de Romeinen tweeduizendvijfenzeventig jaar geleden. Die brachten niet alleen harnassen mee naar het noorden om daar de piemelnaakte Kelten te verslaan, maar ook de kastanje en het zevenblad.
(illustratie: Saskia Heijmans)

Kinderen moeten ook kritisch zijn. Een leuk voorbeeld daarvan is het stuk over de smeerwortel, dat zo begint: ‘Er zijn van die dingen die iedereen weet. De lucht is blauw, de zon is geel, en stieren worden woedend van rood. Een struisvogel steekt zijn kop in het zand en als je maar hard genoeg werkt word je rijk’ en eindigt met ‘Er klopt (…) wel meer niet in de wereld. De lucht lijkt blauw maar is het niet, en de zon is wit. Niet geel. Stieren zijn kleurenblind, die zíén geeneens rood. Struisvogels steken heus hun kop niet in het zand, en je kunt je hele leven keihard werken zonder rijk te worden’. Tussen die begin- en slotzinnen laat Goverde zien dat hij er zelf ook wel eens intuint als hij boeken raadpleegt. Hij geloofde lang in allerlei fabels over de smeerwortel die op YouTube en in zijn boekenkast te vinden waren. Tot hij ontdekte dat al die wijsheid kwam uit slechts één bron, een boek uit 1986, waarvan de auteur achteraf allang sorry had gezegd voor de desinformatie.

Welcome home
Goverde wil geen wijsheden debiteren die hij niet zelf proefondervindelijk heeft getest. En als hij het niet weet zet hij graag de lezer aan het werk. Zo wil hij wel eens weten waarom de Britten huislook
welcome-home-husband-however-drunk-you-be noemen: ‘Als je er ooit achter komt, laat je het mij dan alsje-, alsje-, alsjeblieft weten?’ (Voor wie bij lezing van deze recensie nieuwsgierig wordt: op internet is te vinden dat huislook potentieverhogend werkt en dat vrouwen hun man die daarvan gegeten had graag thuis zagen komen. Daar is echter niet het minste bewijs voor; en het zal vast een verklaring zijn die door een man is bedacht).

Supergroen
eindigt ook met een uitnodiging: ‘mocht je een keer in de buurt van de Dassenhof zijn, en de tay- of wijnbessen zijn toevallig net rijp, kom ze dan maar een keertje proeven. Dan ken jij ze ook. En dan ga je voortaan bij je ouders zeuren dat jij ook van die lekkere taybessen wil. En dan komen je ouders die bij mij kopen, en dat maakt mijn ouders weer blij’.
(illustratie: Saskia Heijmans)

De kleurentekeningen van Saskia Heijmans hebben de speelsheid van de tekst. Ze illustreren paginagroot op een koddige manier, wat er over de besproken plant wordt verteld door die een geniepig, lachend of treurig uiterlijk mee te geven. In het hoofdstuk over grassen bijvoorbeeld zien we een dino-achtig wezen door het gras lopen dat zich met een zakdoek onder zijn voorpoot een ongeluk niest vanwege de pollen (Goverde beschrijft in dat stuk zijn eigen hooikoorts). Aan de kop van elk hoofdstuk staat een klein tekeningetje, een enkele keer vliegen bijen om de tekst heen en vóór- en achterin het boek staat een duidelijke tekening van de plattegrond van het voedselbos.

Je gunt Goverde na lezing van zijn smaakvolle verhalen een bezoek van de lezers aan zijn bos. Dus op naar zijn Dassenhof! Zo komt er bij hem wat geld binnen en help je en passant zijn ouders van hun scepsis af.
Het voedselbos ligt in Malden bij Nijmegen, zie daarvoor https://eetbaarnijmegen.nl/in-nijmegen/boeren-en-telers/de-dassenhof/.

Supergroen. Helden en schurken van het voedselbos
Verschenen bij: Uitgeverij Ploegsma
ISBN: 9789021682983
144 pagina’s
Prijs: €16.99
Verschenen: 2022